Onze bronnen
Testpsychometrie
Inleiding
Het ontwikkelen van psychometrische instrumenten vereist gespecialiseerde kennis en ervaring, vooral in het juist interpreteren en verantwoord gebruiken van resultaten.
Sinds 2005 werkt Spiral Drives nauw samen met ervaren psychologen om de kwaliteit van onze testontwikkeling te waarborgen. Deze samenwerking heeft ons veel kennis opgeleverd over de kenmerken en mogelijkheden van de Graves-instrumenten.
Transparantie en openheid over deze kennis zijn voor ons essentieel. We streven ernaar dat Graves-gebaseerde instrumenten correct worden ingezet en benut, daarom delen we graag onze kennis op deze pagina.
MeetmethodenIn de testpsychometrie zijn er twee veelvoorkomende meetmethoden, te weten:
- Ipsatief
- Absoluut
Elke methode heeft unieke kenmerken en gebruiken. Ipsatieve meting wordt gebruikt bij alle Graves-gebaseerde instrumenten en levert oordeelvrije en procesgerichte resultaten. De absolute meting biedt meer deterministische resultaten, waardoor het stevigere kaders biedt. Voor een weloverwogen keuze en juist gebruik van instrumenten, ongeacht met welke van de twee je werkt, geven we een korte uitleg van beide methoden:
Ipsatieve meetmethodeBij de ipsatieve meetmethode verdeel je als respondent een vast aantal punten over een vast aantal antwoordopties, meestal vijftien punten over zeven opties (paars tot en met turquoise).
Punten worden hoofdzakelijk toegewezen aan de optie die de grootste voorkeur heeft; de rest krijgt geen punten. Het resultaat van zo’n test toont dus welke drijfveren de hoogste voorkeur hebben ten opzichte van alle andere drijfveren.
Dit houdt in dat de uitkomst van een ipsatieve Graves-test de relatieve voorkeuren van een persoon weergeeft. “Ipse” is het Latijnse woord voor “zelf”. Het meet en toont de verdeling van voorkeuren in een persoon, waarbij het totaal 100% is. Dit is erg toegankelijk, oordeelvrij en een waardevolle start voor een ontwikkelingsproces.
Absolute meetmethodeBij de absolute meetmethode worden alle drijfveren onafhankelijk van elkaar gemeten, zonder de verplichte verdeling van 15 punten over de 7 drijfveren. Elke vraag staat nu los van de andere en wordt individueel beantwoord aan de hand van een 5-punt Likert-schaal:
- helemaal mee oneens
- mee oneens
- noch mee oneens noch mee eens
- mee eens
- helemaal mee eens
Elke drijfveer wordt afzonderlijk gemeten, los van de andere, waardoor de uitkomst de score van elke autonome drijfveer weergeeft. De score van elke drijfveer kan als het ware 100% zijn, ongeacht de scores van de andere drijfveren.
Deze methode biedt daarom meer mogelijkheden voor statistisch onderzoek en wordt daarom vaak gebruikt bij traditionele psychologische tests. De uitkomst geeft een absolute score weer voor elke drijfveer, in vergelijking met een representatieve normgroep. Daarom wordt dit een absolute meetmethode genoemd.
Toepassing binnen Spiral Drives™Ons Individueel- en Team drijfverenDNA™ maakt gebruik van de ipsatieve meetmethode. Hierdoor zijn ze toegankelijk, oordeelvrij en zeer effectief voor procesgerichte ontwikkeling. Ons Team drijfverenDNA™ bevat een speciale diversiteitsgrafiek die directe en concrete inzichten biedt in de onderliggende teamdynamiek.
Cultuur en energie vormen de diepste onderstroom in teams en organisaties. Voor deze laag hebben we het Collective DriveDNA™ ontwikkeld, waarbij we de absolute meetmethode hanteren. Dit biedt een diepgaander kwantitatief inzicht en is geschikt voor heldere analyses en assessmentdoeleinden.
Onze specialisatie instrumenten (Persoonlijk en Team Oriëntatie Perspectief) gaan nog een stap verder en maken volledig gebruik van de absolute meetmethode, inclusief normgroepen.
Extra: teamgemiddelden bij een ipsatieve testEen ipsatieve test laat de verdeling van drijfverenvoorkeur binnen één persoon zien. Het toont wat de grootste voorkeur en de minste heeft, ten opzichte van elkaar. Het is meest gebruikte meetmethode voor Graves gebaseerde instrumenten werken, zo ook bij Spiral Drives.
Voor teamanalyse is het veelal een optie om de individuele teamleden bij elkaar te brengen in één grafiek, met het gemiddelde van de individuele voorkeuren van de teamleden. Maar pas op, dit heeft slechts zeer beperkte waarde. Het is een groot misverstand dat een teamgrafiek of een teamprofiel iets zegt over cultuur, energie of onderliggende dynamiek in een team.
Zo kun je alleen uitspraken doen over onderliggende teamdynamiek door individuele drijfveren naast elkaar te leggen en te kijken naar overeenkomsten en verschillen. Deze informatie gaat echter verloren in een gemiddelde grafiek. Het is tevens de reden waarom Spiral Drives in haar Team drijfverenDNA™ naast het gemiddelde ook de expliciet verhouding van de individuele drijfveren ten opzichte van elkaar in beeld brengt.
Richten we ons op cultuur en energie dan bevinden we ons op een heel andere laag. Deze twee elementen zijn onderdeel van het collectief en worden bepaald door de gedeelde ervaringen uit het verleden van een team. Dit specifieke kenmerk, “gedeelde ervaringen uit het verleden”, heeft niets van doen met de individuele drijfveren die het denken, voelen en handelen in het hier-en-nu. bepalen. We zullen cultuur en energie dus separaat moeten meten, op de collectieve laag.
Een gemiddelde teamgrafiek zegt dus niets over de cultuur of energie, zoals een meting op de collectieve laag ook niets zegt over de (individuele) voorkeuren van teamleden.